De verantwoordelijkheid voor het onderwijssysteem van Nederland ligt bij de overheid. De verantwoordelijkheid voor onderwijs ligt bij de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW). Het ministerie van OCW bepaalt de wettelijke voorwaarden voor voor- en vroegschoolse educatie, primair onderwijs, voortgezet onderwijs en het middelbaar beroepsonderwijs. De aansturing van het voortgezet algemeen onderwijs voor volwassenen (vavo) valt ook rechtstreeks onder de verantwoordelijkheid van het ministerie van OCW. Voor het hoger onderwijs bepaalt de overheid een raamwerk waarbinnen hoger onderwijs (hbo) instellingen moeten onderwijzen, maar het is de verantwoordelijkheid van de bevoegde autoriteit van de instelling om dit binnen het onderwijs- en examenprogramma te integreren. Ditzelfde geldt voor universiteiten.
De provincies hebben een gelimiteerde rol in het besturen van onderwijs, in de vorm van juridische en toeziende taken. Het bestuur van scholen in het primair en voortgezet onderwijs en het middelbaar beroepsonderwijs is lokaal georganiseerd.