Skip to main content
European Commission logo

Eurydice

EACEA National Policies Platform:Eurydice
België-Vlaamse-gemeenschap:Voortdurende professionele ontwikkeling voor onderwijzend personeel in basis- en secundair onderwijs

Belgium - Flemish Community

9.België-Vlaamse-gemeenschap:Onderwijzend personeel

9.3België-Vlaamse-gemeenschap:Voortdurende professionele ontwikkeling voor onderwijzend personeel in basis- en secundair onderwijs

Last update: 29 December 2020

Diverse vormen van professionalisering

Leraren hebben de mogelijkheid om zich gedurende hun hele loopbaan te professionaliseren. Professionalisering is onderdeel van het professioneel continuüm dat start bij de opleiding en eindigt bij het verlaten van de job. Het omvat alle initiatieven die ervoor zorgen dat leerkrachten groeien in hun professionele deskundigheid om de kwaliteit van onderwijs te optimaliseren. Deze initiatieven kunnen verschillend zijn naar opzet, duur, doelgroep, aanbod etc.

In de eerste plaats zijn er de veel voorkomende ‘traditionele’ activiteiten van professionalisering (bv. deelname aan workshops en colloquia buiten de school, deelname aan pedagogische studiedagen).

Daarnaast is er sprake van leren in en buiten de school. Voorbeelden van dergelijke professionaliseringsactiviteiten zijn onder meer mentorschap en coaching, samenwerking binnen de school en wederzijds klas- en schoolbezoek.

De school kan beschouwd worden als een werk- en leerplek. Het is een plaats waar niet alleen leerlingen leerkansen krijgen, maar waar ook leerkrachten hun deskundigheid kunnen (blijven) ontwikkelen. In een school als  werk- en leerplek zijn schoolleiders verantwoordelijk voor het opzetten van een leerplek waar leerkrachten kansen krijgen om de eigen praktijk te onderzoeken en om in samenwerking met collega’s voortdurend te kunnen werken aan de verbetering van de kwaliteit van hun onderwijs.

Organisatie

De leerkracht is zelf de eerste verantwoordelijke voor zijn/haar professionalisering. Hij/zij kan die verantwoordelijkheid echter alleen ten volle opnemen als hij daarbij wordt ondersteund in en door zijn/haar school en schoolbestuur. Gelet op het feit dat er een afstemming moet zijn tussen de individuele professionalisering en het schoolbeleid, stippelt het schoolbestuur de concrete lijnen inzake de professionalisering mee uit.

Bij professionalisering zijn dus verschillende actoren betrokken, zowel direct als indirect. We denken hierbij onder meer aan de school (collega-leraren, middenkader, leidinggevenden, ondersteuners, …), schoolbestuur, scholengemeenschap, lerarenopleiders, pedagogische begeleiders en POC-medewerkers, aanbieders van professionalisering, uitgeverijen, onderzoekers, externen, onderwijsoverheid, … In functie van een duurzame professionalisering (met inbegrip van de ondersteuning van de transfer) is afstemming tussen de verschillende actoren cruciaal.

Ook voor de overheid is een taak weggelegd in deze ondersteuning, bijvoorbeeld via professionalisering op initiatief van de Vlaamse Regering en ter beschikking stellen van de nodige professionaliseringsmiddelen (cfr infra).

Professionalisering maakt inherent deel uit van het leerkracht-zijn en is een onderdeel van de opdracht van elk personeelslid. Het is een recht en een plicht voor de leerkracht en het schoolbestuur/de schoolleiding. De evaluator van een leraar (meestal de schoolleider) kan, in overleg met de leraar, bepaalde professionaliseringsinitiatieven verplicht opleggen. In dat geval worden deze initiatieven opgenomen in de functiebeschrijving van het personeelslid. Evenwel is professionalisering geen noodzakelijke voorwaarde om te kunnen bevorderen in het onderwijs.

Leraren professionaliseren zich voor het grootste deel tijdens de werkuren, maar dit impliceert niet noodzakelijk dat de leraar afwezig is op de school. Denk daarbij maar aan bepaalde informele vormen van professionalisering zoals bv. co-teaching, vakgroepoverleg en informele gesprekken met collega’s. Andere vormen van professionalisering kunnen wel gepaard gaan met afwezigheid. Het is aan de school om te bepalen hoe zij dit opvangen. In het (gewoon en buitengewoon) basisonderwijs kunnen scholen een beroep doen op het systeem van de korte vervangingen (waarvan professionalisering een voorbeeld is). Meer bepaald ontvangen zij extra middelen voor het opvangen van korte afwezigheden van personeelsleden die aangesteld zijn in het ambt van (kleuter)onderwijzer of leermeester. In het secundair onderwijs faciliteert het departement Onderwijs en Vorming het volgen van een bedrijfsstage door vervangende klasactiviteiten rond ondernemingszin en/of ondernemerschap aan te bieden aan de leerlingen tijdens de afwezigheid van de stagelopende leraren.

Financiering van de professionalisering

Het decreet van 8 mei 2009 betreffende de kwaliteit van onderwijs bevat de decretaal vastgelegde kanalen waarlangs professionalisering gefinancierd wordt. Meer bepaald bevat het decreet de  professionaliseringsmiddelen voor de instellingen, de professionalisering op initiatief van de Vlaamse Regering en de professionalisering op initiatief van de pedagogische begeleidingsdiensten.

Daarnaast subsidieert de overheid nog andere projecten (die van korte of langere duur kunnen zijn) via een semi- of niet-gereglementeerde subsidie en organiseert zij ook studiedagen voor allerlei onderwijsprofessionals.

Professionaliseringsbudget 2016 (in duizend euro)

professionaliseringsmiddelen voor de instellingen per niveau

 

Basisonderwijs

4 007

Secundair onderwijs

6 335

Volwassenenonderwijs met uitzondering van de basiseducatie

418

Deeltijds kunstonderwijs

255

CLB’s

178

Basiseducatie

28

Professionaliseringsmiddelen op initiatief van de pedagogische begeleidingsdiensten

1 221

Professionalisering op initiatief van de Vlaamse Regering

577

TOTAAL

13.019

Professionaliseringsmiddelen voor instellingen

Dit betreffen de middelen die rechtstreeks aan de scholen worden toegekend ter uitvoering van hun professionaliseringsplan. Dat professionaliseringsplan bevat op een samenhangende wijze alle vormingsinspanningen die erop gericht zijn de kennis, vaardigheden en attitudes van de personeelsleden van de instelling te ontwikkelen, te verbreden of te verdiepen en begeleidingsinitiatieven die gericht zijn op organisatieontwikkeling. Een school is verplicht om elk jaar een plan op te maken. Het professionaliseringsplan wordt goedgekeurd door ofwel het lokaal comité ofwel, bij ontstentenis hiervan, door de algemene personeelsvergadering. Binnen de wetgeving wordt professionalisering ruim opgevat, zolang kan worden aangetoond dat de gefinancierde initiatieven bijdragen tot de professionalisering van de leerkracht.

Bij professionalisering speelt het principe van de vrije markt. De instellingen kunnen voor de professionalisering van hun personeel aankloppen bij een professionaliseringsorganisatie naar keuze. Er zijn verschillende organisaties (vzw's, hogescholen, universiteiten…) die professionalisering aanbieden. Deze kunnen zich op eigen initiatief als professionaliseringsorganisatie registreren in de daarvoor voorziene databank op KlasCement. De organisaties hebben via dit platform de mogelijkheid om een specifieke professionalisering bekend te maken (aanbodgestuurde werking), maar kunnen ook algemeen aangeven voor welke thema’s leraren en schoolleiders bij hen terecht kunnen zodat zij voor hen een initiatief op maat kunnen uitwerken (vraaggestuurde werking). Vanuit de overheid wordt geen kwaliteitslabel toegekend aan deze organisaties en hun aanbod, maar de leraren en schoolleiders kunnen wel beroep doen op de kijkwijzer ‘op zoek naar professionalisering’ om zo een voor hen gepaste keuze te kunnen maken.

Nascholing op initiatief van de Vlaamse Regering (prioritaire nascholing)

Tweejaarlijks bepaalt de minister één of meerdere thema’s ter ondersteuning van de implementatie van onderwijshervormingen. Iedere organisatie die zich daartoe bekwaam acht kan een projectvoorstel indienen. De geselecteerde projecten worden gratis en netoverschrijdend aangeboden aan de scholen.

De Vlaamse minister van Onderwijs kiest voor de prioritaire nascholing in de schooljaren 2020-2021 en 2021-2022 als thema ‘begrijpend lezen voor lerarenteams basisonderwijs’

Nascholing op initiatief van de pedagogische begeleidingsdiensten

Ook de pedagogische begeleidingsdiensten zijn belangrijke aanbieders van professionalisering. Zij werken vraag- en aanbodgestuurd. De netgebonden pedagogische begeleidingsdiensten van Katholiek Onderwijs Vlaanderen, GO!, OVSG, FOPEM, POV, VONAC/VOOP, Federatie van Steinerscholen Vlaanderen en IPCO [zie 11.1.4] ontvangen jaarlijks aparte budgetten voor de organisatie van professionaliserings- en begeleidingsactiviteiten voor de eigen personeelsleden en voor de personeelsleden van de door hen begeleide instellingen.

Semi- of niet gereglementeerde subsidies en andere initiatieven

Voorbeelden van korte of langer lopende subsidies zijn:

  • Francoform: een professionaliseringstraject voor leerkrachten Frans in het secundair en volwassenenonderwijs; een professionaliseringstraject Frans voor alle leraren en pedagogisch begeleiders uit het gewoon en buitengewoon secundair onderwijs, het volwassenenonderwijs en voor lerarenopleiders van toekomstige leraren Frans secundair onderwijs
  • Formaprim: een professionaliseringstraject Frans voor leerkrachten in het basisonderwijs; voor de leerkrachten basisonderwijs, studenten en lerarenopleiders in de opleiding Bachelor in het Lager Onderwijs en pedagogisch begeleiders.
  • Subsidie aan het Prins Filipsfonds met als doel om uitwisselingstrajecten tot stand te brengen tussen scholen van het leerplichtonderwijs uit twee verschillende gemeenschappen van ons land. Het kan gaan om initiatieven voor zowel leerlingen, leerkrachten als directies.

Daarnaast organiseert de overheid ook gratis studiedagen rond allerlei thema’s (bv. studiedagen en seminaries onderwijsonderzoek M-decreet, studiedag talen i.s.m. de andere gemeenschappen) gericht op onderwijsprofessionals.

Permanente vorming georganiseerd in het hoger onderwijs

De hogescholen bieden verschillende opleidingen bachelor-na-bachelor in het onderwijs aan: o.m. betreffende buitengewoon onderwijs, zorgverbreding en remediërend leren, schoolontwikkeling… Daarnaast worden in het hoger onderwijs ook diverse postgraduaten e.a. opleidingen voor leraren aangeboden: o.m. schoolmanagement, schoolbeleid, ICT-coördinator basisonderwijs, gelijke onderwijskansen in de (groot)stad, …

Stimulansen tot deelname aan voortdurende professionele ontwikkeling

Zowel de directie als alle personeelsleden van de school kunnen in principe beroep doen op het nascholingsgeld. Er moet wel kunnen worden aangetoond dat de professionalisering nuttig is voor de taken van het personeelslid. Scholen kunnen vervoerskosten en inschrijvingsgelden van leerkrachten terugbetalen en beslissen ook of leerkrachten van hun lesopdracht kunnen worden vrijgesteld voor de professionaliseringsactiviteit.