Skip to main content
European Commission logo

Eurydice

EACEA National Policies Platform:Eurydice
België-Vlaamse-gemeenschap:Validatie van Niet-formeel en Informeel Leren

Belgium - Flemish Community

8.België-Vlaamse-gemeenschap:Volwasseneneducatie

8.5België-Vlaamse-gemeenschap:Validatie van Niet-formeel en Informeel Leren

Last update: 8 May 2018

EVC in Vlaanderen

In Vlaanderen wordt de term ‘EVC’ (Erkennen van Verworven Competenties) gebruikt om te verwijzen naar het valideren van niet-formeel en informeel leren. EVC kan gebruikt worden om toegang te krijgen tot een opleiding, om vrijstellingen te verkrijgen voor (delen van) een studieprogramma en om een Ervaringsbewijs te verwerven. Een EVC-traject bestaat uit vier stappen: identificatie, documentatie, beoordeling en certificering. Het bestaande begrippenkader rond EVC in Vlaanderen komt op die manier tegemoet aan de Europese aanbeveling over EVC.

EVC als beleidsthema leeft in verschillende beleidsdomeinen: onderwijs en vorming, werk, jeugd, cultuur, sport en welzijn. In Vlaanderen verlopen de EVC-procedures en de EVC-praktijk echter gescheiden per beleidsdomein op basis van verschillende regelgeving. Om de versnippering van het EVC-landschap tegen te gaan werkt de Vlaamse regering aan een geïntegreerd EVC-beleid. Daartoe keurde de Vlaamse regering op 17 juli 2015 de conceptnota ‘Geïntegreerd beleid voor erkenning van competenties (EVC)’ goed. Het doel van de conceptnota is het creëren van één kader voor het koppelen van het erkenningsproces aan de Vlaamse Kwalificatiestructuur, en het creeëren van gemeenschappelijke standaarden en kwaliteitszorg.

EVC in de Vlaamse volwasseneneducatie

Volwassenenonderwijs

Volwassenen die het diploma of getuigschrift van het secundair onderwijs op latere leeftijd wensen te behalen kunnen hiervoor een examen afleggen bij de Centrale Examencommissie. Dit is mogelijk voor een selectie van de opleidingen die worden aangeboden in het secundair onderwijs. De examens worden het hele jaar door georganiseerd.

Daarenboven bepaalt het Vlaams Decreet volwassenenonderwijs van 15 juni 2007 vrijstellingen die kunnen gekoppeld worden aan de modulaire organisatie van de onderwijsprogramma’s. De CVO’s en CBE’s voorzien in een evaluatie voor elke module en kunnen een cursist een vrijstelling toekennen op basis van credits voor verworven competenties en/of een evaluatie van competenties. Verschillende erkenningsprocedures en -technieken kunnen gebruikt worden in de verschillende centra. Sommige centra die gelijklopende programma’s aanbieden werken echter samen aan een grotere standaardisering van hun erkenningsprocedures en –technieken. In Vlaanderen is de EVC-procedure gratis voor EVC-kandidaten.

De beoordeling van de modules en het toekennen van de vrijstellingen behoren tot de exclusieve bevoegdheid van de CVO’s en CBE’s. De centra zijn zelf verantwoordelijk voor het voorzien van begeleiding, het verhogen van het bewustzijn, het uitvoeren van de beoordelingen, het certificeren van de outputs van de erkenningsprocedures en het opzetten van een systeem van kwaliteitszorg.

Departement van werk en sociale economie

Het Departement van werk heeft een procedure uitgewerkt voor het erkennen van niet-formeel en informeel leren, nl. het Ervaringsbewijs. Deze procedure, die werd vastgelegd door een decreet dat werd goedgekeurd in April 2004, laat mensen toe aan te tonen dat zijn beschikken over de vaardigheden die nodig zijn voor het uitvoeren van een beroep.

Begin 2013 voerde de VDAB een systeem in dat toelaat om op basis van gemeenschappelijke tools de competenties van een individu te matchen met de competenties die gevraagd worden door een werkgever. Dit systeem is gebaseerd op Competent, een online beroependatabank die beheerd wordt door de SERV. Het matching systeem van de VDAB wordt beschouwd als een innovatieve en goede praktijk in Europa.

Socio-cultureel volwassenenwerk

In de socio-culturele sector ontwikkelde Socius, het steunpunt voor sociaal en cultureel volwassenenwerk, de tool Oscar. Deze tool, die in de eerste plaats een instrument voor identificatie en documentatie is, kan gebruikt worden als portfolio voor het samen brengen van ervaring uit informele en non-formele leeromgevingen. De socio-culturele sector vertoonde een grote interesse voor het werken met Oscar, wat wijst op de bruikbaarheid van het instrument voor vele organisaties.