Skip to main content
European Commission logo

Eurydice

EACEA National Policies Platform:Eurydice
België-Vlaamse-gemeenschap:Ontwikkelingen en Actuele Beleidsprioriteiten

Belgium - Flemish Community

8.België-Vlaamse-gemeenschap:Volwasseneneducatie

8.2België-Vlaamse-gemeenschap:Ontwikkelingen en Actuele Beleidsprioriteiten

Last update: 20 January 2022

Historisch overzicht

Volwassenenonderwijs

Het ontstaan van het technisch en beroepsgericht volwassenenonderwijs dateert van de jaren vijftig en zestig. Deze onderwijsvorm werd Onderwijs voor Sociale Promotie genoemd. Naargelang de opleiding kon men er een attest, een getuigschrift of een diploma verwerven. De synergie tussen het Onderwijs voor Sociale Promotie en het voltijds secundair onderwijs werd in de jaren zestig en zeventig verder in de wetgeving verankerd.

In de periode 1970-1980 ontwikkelden zich andere vormen van permanente vorming zoals het alfabetiseringswerk. In 1985 werd een globaler concept met betrekking tot basisvorming geïntroduceerd dat op een vijftal plaatsen op experimentele wijze van start ging. Dit leidde uiteindelijk tot de Centra voor Basiseducatie (CBE) die opgericht werden door het decreet van 12 juli 1990. Deze centra richten zich specifiek op laaggeschoolde en educatief achtergestelde volwassenen en streven naar het aanleren en verbeteren van basiscompetenties die elementair zijn voor het functioneren in en het participeren aan de samenleving.

Het onderwijs dat volwassenen een tweede kans biedt om een diploma secundair onderwijs te behalen, ontstond in dezelfde periode als de Centra voor Basiseducatie. Lange tijd konden volwassenen dit diploma secundair onderwijs uitsluitend behalen wanneer zij na zelfstudie slaagden voor de examens van de Centrale Examencommissie van de Vlaamse Gemeenschap. Na verloop van tijd ontstonden er echter initiatieven die tot doel hadden volwassenen via een opleiding voor te bereiden op het behalen van het diploma secundair onderwijs, het zogenaamde tweedekansonderwijs. In het decreet van 2 maart 1999 werd de mogelijkheid ingeschreven het diploma secundair onderwijs te behalen via het Onderwijs voor Sociale Promotie aan de Centra voor Volwassenenonderwijs. 

Verzuiling en allerhande economische ontwikkelingen leidden ertoe dat op het einde van de jaren negentig het aanbod van het volwassenenonderwijs ruim, maar uitermate versnipperd was. Er waren te veel kleine centra met een weinig rationeel en onduidelijk geprofileerd aanbod. Het decreet van 2 maart 1999 heeft een aantal ontwikkelingen in het volwassenenonderwijs in gang gezet. Zo werd een belangrijke schaalvergroting doorgevoerd waarbij een grotere autonomie, planmatigheid en professionalisering voorop stonden. Aan de sector werden ook enkele vernieuwende impulsen gegeven, zoals het invoeren van de modularisering en van het gecombineerd onderwijs. Het decreet maakte een ruim toegankelijk aanbod van volwassenenonderwijs mogelijk, wat zorgde voor een verlaging van de drempel om te participeren aan levenslang leren.

Ondernemersvorming

De geschiedenis van de ondernemersvorming gaat ver terug in het verleden, tot en met de gilden. Het werken met leercontracten was echter het startpunt voor de middenstandsopleiding waarbij een leerling vier dagen per week op de werkplek werd opgeleid en één dag per week in een centrum les volgde.

Voor zelfstandige beroepen en kmo’s werd reeds in 1947 een officieel kader gecreëerd voor de vorming van ondernemers en de opleiding van jongeren via leercontracten. In 1959 werd een begeleiding door pedagogische adviseurs georganiseerd. Nadien werd deze taak overgenomen door het Instituut voor Voortdurende Vorming van de Middenstand en vanaf 1991 door het Vlaams Instituut voor het Zelfstandig Ondernemen (VIZO). VIZO werd opgericht als overheidsagentschap. Sinds 2004 wordt de vorming georganiseerd door het Vlaams Agentschap voor Ondernemersvorming – SYNTRA Vlaanderen, dat ressorteert onder de Vlaamse minister bevoegd voor werk.

Overzicht van de huidige beleidsprioriteiten

De Beleidsnota Onderwijs 2019-2024 van de huidige Minister van Onderwijs, Dhr. Ben Weyts , vermeldt enkele uitdagingen waar het volwassenenonderwijs in Vlaanderen voor staat en waar de minister werk van wil maken:  

"Het volwassenenonderwijs moet een aanbod ontwikkelen dat voor een zo breed mogelijk publiek de nodige kennis, vaardigheden en attitudes aanreikt en dit in functie van maatschappelijk functioneren of re-integratie, verdere deelname aan onderwijs, uitoefening van een beroep, versterking van het Nederlands, beheersing van een moderne vreemde taal, verhoging van geletterdheidscompetenties en het behalen van een diploma secundair onderwijs. Daarnaast blijf ik binnen het volwassenenonderwijs gebiedsdekkend inzetten op NT2 dat flexibeler wordt aangeboden, alsook op knelpuntberoepen en levenslang leren. In het volwassenenonderwijs is er een belangrijke rol weggelegd voor de herscholing van werklozen en werknemers op niveau secundair onderwijs. Ik evalueer daarom het decreet volwassenenonderwijs. Ik waak er over dat de opleidingen maximaal modulair en praktijkgericht worden ingericht, en dat waar mogelijk taal- en digitale vaardigheden zijn geïntegreerd. 

Ik stimuleer alle betrokken partners om te werken aan geletterdheid. Binnen het volwassenonderwijs richten de centra voor basiseducatie zich specifiek tot laaggeletterden. Ze vervullen niet enkel een rol in het onderwijs. Ze zetten zich ook in voor inburgering en integratie zodat hun cursisten geletterd kunnen functioneren in de samenleving.  

Ik breid, samen met mijn collega bevoegd voor Werk, het duaal leren uit naar opleidingen in het volwassenenonderwijs. Ik creëer hiertoe het beleidskader en de regelgeving en houd daarbij rekening met de eigenheid van dit onderwijsniveau."

Edusprong 

In navolging van de coronacrisis werd het plan Vlaamse Veerkracht door de Vlaamse Regering uitgewerkt. Opleiding en levenslang leren is daarin een belangrijk element. Er werd daarom 60 miljoen uitgetrokken voor een versterking van het volwassenenonderwijs. Op 12 februari 2021 werd de visienota ‘Edusprong’ meegedeeld aan de Vlaamse Regering, daarin wordt het kader voor de besteding van deze middelen vastgelegd. Edusprong wil het volwassenenonderwijs een boost geven om meer dan ooit de speler te worden die de sociale mobiliteit van mensen faciliteert, via omscholing, bijscholing en kwalificering. We mikken daarom op een grotere naamsbekendheid, een toeleiding bij het grote publiek en een sterke verankering in de regionale context. Een vernieuwing en optimalisatie van het studieaanbod en de daaraan gekoppelde leermethodes moeten het volwassenenonderwijs een sterkere arbeidsmarktgerichte focus en een 21ste eeuws karakter geven. Flexibiliteit, innovatie en duurzame verankering staan hierin voorop. Een versterking van de noodzakelijke digitale infrastructuur en methodiek moeten bijdragen tot het maximaal realiseren van de beoogde doelstellingen.  Om deze ambitie waar te maken richten we ons op vier inhoudelijke speerpunten: (1) Het volwassenenonderwijs vervult een belangrijke rol in het stimuleren van elke Vlaming om levenslang te blijven leren, (2) het versterken van arbeidsmarktkansen via om- en bijscholen, (3) versterking van digitale competenties en (4) het gericht inzetten op kwalificatie.  Het volwassenenonderwijs wil een belangrijke rol vervullen in het stimuleren van elke Vlaming om levenslang te blijven leren. Om deze ambitie waar te maken ontwikkelen we een opleidingskompas en voorzien we in een wervende Vlaanderenbrede en gefaseerde promotiecampagne. Aanvullend wordt een lokale doeltreffende informatieverstrekking met aandacht voor kansengroepen in samenwerking met lokale partners en bestaande initiatieven opgezet.  Edusprong heeft de ambitie om het aanbod in het volwassenenonderwijs te versterken op het vlak van duurzame arbeidsmarktgerichte kwalificatiemogelijkheden. Het volwassenenonderwijs zal actiever kunnen inspelen op lokale arbeidsmarktbehoeften door het versneld ontwikkelen van toekomstgerichte curricula en infrastructuur, een doorgedreven EVC-beleid, het verruimen van flexibele opleidingsmogelijkheden en het inzetten op geïntegreerde trajecten. Daarnaast worden verschillende vormen van hybride leren ontwikkeld in functie van een flexibel en gedifferentieerd aanbod.  Met het speerpunt ‘Versterking van digitale competenties’ richt Edusprong zich niet enkel tot een maatgericht aanbod voor het versterken van de algemene digitale geletterdheid maar is er ook expliciet aandacht voor opleidingen voor mensen die plaats- en tijdsonafhankelijk werken en het gericht ontwikkelen van hun digitale vaardigheden.  Het behalen van een diploma secundair onderwijs of een duurzame beroepskwalificatie biedt jongeren ook een duurzaam perspectief op de arbeidsmarkt. Binnen dit project zetten we daarom in op het terugdringen van de ongekwalificeerde uitstroom via een outreachende aanpak in samenwerking met partnerorganisaties (o.a.VDAB, Actiris, ...), een aanklampende cursistenbegeleiding tijdens het traject en een doorgedreven samenwerking met de examencommissie.