Het hoger onderwijs omvat volgende opleidingen
- opleidingen van het hoger beroepsonderwijs die leiden tot een diploma van gegradueerde, NQF Vlaanderen 5;
- opleidingen die leiden tot de graad van bachelor, NQF Vlaanderen 6;
- opleidingen die leiden tot de graad van master, NQF Vlaanderen 7;
- de graad van doctor, NQF Vlaanderen 8;
- opleidingen die kunnen afgesloten worden met een postgraduaatgetuigschrift;
- permanente vorming, kortere opleidingstrajecten met het oog op de bij- en nascholing;
- de geïntegreerde lerarenopleidingen (Bachelor in het onderwijs: kleuteronderwijs, Bachelor in het onderwijs: lager onderwijs en Bachelor in het onderwijs: secundair onderwijs) en de specifieke lerarenopleidingen georganiseerd door hogescholen en universiteiten die leiden tot het diploma van leraar.
Basisopleidingen omvatten de professioneel gerichte bacheloropleidingen, de academisch gerichte bacheloropleidingen en de masteropleidingen. Hun studieomvang wordt uitgedrukt in studiepunten, volledig conform het ECTS studiepuntensysteem.
Professioneel gerichte bacheloropleidingen hebben tot doel de studenten te brengen tot een niveau van algemene en specifieke kennis en van competenties die nodig zijn voor de zelfstandige uitoefening van een beroep of groep van beroepen. Een professioneel gerichte bacheloropleiding biedt als dusdanig een directe uitstroommogelijkheid naar de arbeidsmarkt.
Voor academisch gerichte bacheloropleidingen vormt het doorstromen naar een masteropleiding de hoofddoelstelling. Zij hebben dus tot doel de studenten te brengen tot een niveau van kennis en competenties eigen aan het wetenschappelijk of artistiek functioneren in het algemeen en aan een specifiek domein van de wetenschappen of de kunsten in het bijzonder. De studieomvang van deze academisch gerichte bacheloropleidingen bedraagt 180 studiepunten (komt overeen met ongeveer 3 academiejaren van elk 60 studiepunten).
De masteropleidingen hebben tot doel de studenten te brengen tot een gevorderd niveau van kennis en competenties eigen aan het wetenschappelijk of artistiek functioneren in het algemeen en aan een specifiek domein van de wetenschappen of de kunsten in het bijzonder, dat noodzakelijk is voor de autonome beoefening van de wetenschappen of de kunsten of voor de aanwending van deze wetenschappelijke of artistieke kennis in de zelfstandige uitoefening van een beroep of groep van beroepen. Mastersopleidingen zijn academisch gericht maar kunnen daarenboven (sinds september 2009) een professionele gerichtheid hebben
'Advanced' bacheloropleidingen (bachelor-na-bacheloropleidingen) volgen op een andere (professioneel gerichte) bacheloropleiding. Deze vervolgopleiding is gericht op de verbreding of specialisatie van de competenties verworven tijdens de initiële bacheloropleiding. De studieomvang van deze opleidingen bedraagt ten minste 60 studiepunten.
'Advanced' masteropleidingen (master-na-masteropleidingen) volgen op een andere masteropleiding. Deze vervolgopleidingen zijn gericht op verdere uitdieping van de kennis en/of competenties verworven in een studiedomein. De studieomvang van deze opleidingen bedraagt ten minste 60 studiepunten.
Een doctoraatsdiploma kan behaald worden na baanbrekend wetenschappelijk onderzoek en het publiek presenteren en verdedigen van het doctoraatsproefschrift.
Postgraduaatgetuigschriften kunnen door de hogescholen en de universiteiten uitgereikt worden na de succesvolle voltooiing van opleidingstrajecten met de studieomvang ten minste 20 studiepunten. Het gaat om opleidingstrajecten die in het kader van de verdere professionele vorming, een verbreding c.q. verdieping beogen van de competenties verworven bij de voltooiing van een bachelors- of mastersopleiding.
De universiteiten en hogescholen organiseren in het kader van permanente vorming ook kortere opleidingstrajecten met het oog op de bij- en nascholing.
Door het Bolognaproces is het hoger onderwijs in Vlaanderen hervormd tot een "Three-Tier" hogeronderwijssysteem met als basiskenmerken:
- flexibilisering van de leertrajecten
- versterking van het systeem van kwaliteitsbewaking door accreditatie, zodat de studenten en de werkgevers de garantie hebben dat de afgestudeerden een internationaal herkenbaar minimum competentieniveau bereikten
- samenwerking van hogescholen met een universiteit in de vorm van een associatie