Skip to main content
European Commission logo
EACEA National Policies Platform:Eurydice
Organisatie van het onderwijssysteem en zijn structuur

Belgium - Flemish Community

2.Organisatie en bestuur van het onderwijs

2.3Organisatie van het onderwijssysteem en zijn structuur

Last update: 5 December 2019

Het onderwijssysteem in Vlaanderen – een (schematisch) overzicht

Diagram legende.jpg

Het basisonderwijs omvat het kleuteronderwijs (2,5 - 6 jaar) en het lager onderwijs (6 - 12 jaar). Bij de overgang van kleuter naar lager onderwijs kunnen de ouders kiezen om die overgang te laten gebeuren op vijf, zes of zeven jaar, mits een niet-bindend advies van de school en het CLB.

Leerlingen die een leerachterstand hebben opgelopen of minder geschikt zijn voor overwegend theoretisch onderwijs starten het secundair onderwijs in het 1e leerjaar B. Ze kunnen daar ook instromen op basis van leeftijd (na maximaal 8 jaar basisonderwijs) zonder het basisonderwijs te hebben afgewerkt. Na het 1e leerjaar B kunnen die leerlingen overgaan naar het 1e leerjaar A of naar het beroepsvoorbereidend 2e leerjaar.

Ook al is de eerste graad van het secundair onderwijs gericht op een gemeenschappelijke basisvorming, toch weerspiegelen de aangeboden optiemogelijkheden al de onderwijsvormen waartussen de leerlingen moeten kiezen bij overgang naar de 2e graad: algemeen secundair onderwijs (ASO), beroepssecundair onderwijs (BSO), kunstsecundair onderwijs (KSO) en technisch secundair onderwijs (TSO).

Na de twee leerjaren van de 1e graad of vanaf de leeftijd van 16 jaar kunnen leerlingen kiezen voor deeltijdse leerplicht, maar met voltijds engagement. Ze worden dan gescreend voor het stelsel van Leren en Werken en kunnen daarin kiezen voor deeltijds beroepssecundair onderwijs, voor de leertijd (tot zelfstandige beroepen) of voor deeltijdse vorming met stelselmatig trajectbegeleiding.

De leerplicht eindigt op 18 jaar. Aan de leerplicht kan ook voldaan worden door het volgen van huisonderwijs.

Na de 3e graad SO kunnen leerlingen kiezen voor:

  • sterk beroepsgericht secundair-na-secundair onderwijs georganiseerd door scholen secundair onderwijs;
  • hoger beroepsonderwijs;
  • de geïntegreerde lerarenopleidingen;
  • bacheloropleidingen georganiseerd door hogescholen;
  • bacheloropleidingen georganiseerd door universiteiten.

Bacheloropleidingen kunnen gevolgd worden door masteropleidingen en doctoraatsopleidingen.

Op het niveau van het basis- en het secundair onderwijs is er naast het gewoon onderwijs ook buitengewoon onderwijs voor kinderen die, tijdelijk of permanent, speciale hulp nodig hebben. Dit kan zijn omwille van een lichamelijke of geestelijke handicap, omwille van ernstige gedrags- of emotionele problemen of omwille van zware leerstoornissen. Het geïntegreerd onderwijs is dan weer een samenwerking tussen gewoon en buitengewoon onderwijs. Dit onderwijs is bedoeld om kinderen met een handicap of leer- en opvoedingsmoeilijkheden de lessen of activiteiten te laten volgen in een school voor gewoon onderwijs, mits hulp vanuit het buitengewoon onderwijs.

De opleidingen basiseducatie door Centra voor Basiseducatie hebben tot doel het algemeen geletterdheidsniveau te verhogen. Centra voor volwassenenonderwijs organiseren opleidingen op niveau secundair onderwijs voor volwassenen, maar ook opleidingen hoger beroepsonderwijs en specifieke lerarenopleidingen.

Het deeltijds kunstonderwijs biedt opleidingen aan voor jongeren (vanaf 6 of 8 jaar) en volwassenen op gebied van beeldende kunst, muziek, woordkunst en dans.

Beroepsopleiding voor werkzoekenden en werknemers wordt georganiseerd door de VDAB, ondernemersvorming voor zelfstandige beroepen en kmo door SYNTRA Vlaanderen en landbouwvorming door erkende centra.

Er is ook een ruim aanbod van niet-formele vorming door tal van instanties binnen het sociaal-cultureel volwassenenwerk.

Huisonderwijs

Huisonderwijs is toegestaan in Vlaanderen en bestaat binnen het Vlaamse principe van 'Vrijheid van Onderwijs'. Dit betekent dat iedereen zijn of haar kinderen (van schoolgaande leeftijd) kan inschrijven in het huisonderwijs. Gezien de leerplicht, moeten ouders elk schooljaar een 'Verklaring van huisonderwijs' indienen bij AGODI Vlaanderen, het Agentschap voor Onderwijsdiensten (ten laatste op de derde schooldag van het schooljaar). Dit agentschap is belast met de uitvoering van de leerplichtbewaking. Het formulier moet informatie bevatten over de wijze waarop en het soort onderwijs dat de lerende van leerplichtige leeftijd zal ontvangen. Dit zal worden doorgegeven aan de Vlaamse onderwijsinspectie. Docenten/ouders in het huisonderwijs hoeven niet over specifieke kwalificaties of een minimumopleidingsniveau te beschikken.

Het huisonderwijs in Vlaanderen omvat alle vormen van onderwijs die niet officieel erkend en gesubsidieerd of gefinancierd worden door de Vlaamse, Franse of Duitse gemeenschap van België. Dit betekent dat alle vormen van onderwijs dat door de ouders thuis wordt georganiseerd, als huisonderwijs worden beschouwd, maar ook internationale scholen, Europese scholen, private scholen en scholen in het buitenland (bv. net over de grens in Duitsland, Frankrijk of Nederland), alsook alle vormen van co-actief huisonderwijs. Dit laatste is een vorm van onderwijs waarbij een groep ouders besluit om een specifieke vorm van onderwijs voor hun kinderen te organiseren. Deze collectieve initiatieven en particuliere scholen hebben de mogelijkheid om een collectieve verklaring van huisonderwijs voor al hun leerlingen in te dienen. Op die manier hoeven de ouders van al hun leerlingen geen individuele verklaring meer in te dienen. Sommige kinderen in jongereninstellingen en observatiecentra volgen ook een vorm van huisonderwijs, hoewel het merendeel van hen ingeschreven is in het reguliere onderwijs.

De voortgang van de leerling wordt gemeten/gecontroleerd door de Onderwijsinspectie. 2 inspecteurs controleren de instellingen/aanbieders op basis van prioriteit, vastgesteld door de analyse van de bij Agodi ingediende formulieren (zie hierboven). Na twee negatieve evaluaties van de Onderwijsinspectie zullen ouders hun kinderen moeten inschrijven voor het reguliere onderwijs – deze omschakeling van onderwijs wordt gecontroleerd door Agodi.

Als de ouders het huisonderwijs voor hun kinderen willen hervatten, kunnen zij een dossier indienen bij de Inspectie van het Onderwijs met het verzoek om hervatting. Een tweede traject waarlangs de lerende en zijn leerwinst wordt gemonitord, is door deelname aan het centrale examen, georganiseerd door de Centrale Examencommissie. De leerlingen moeten het basisonderwijsdiploma uiterlijk in de school waar ze dertien jaar worden, behalen vóór 1 januari. De leerlingen moeten ook het eerste diploma behalen ten laatste in de school waar ze zestien jaar worden, voor 1 januari. Als de leerlingen niet slagen, moeten ze zich inschrijven voor het regulier onderwijs. Sommige leerlingen zijn echter vrijgesteld van dit examen: leerlingen die naar een buitenlandse school gaan, die naar Europese of andere door de internationale baccalaureaat erkende scholen gaan, en studenten die hun opleiding volgen via een door het NARIC (National Academic and professional Recognition and Information Centre) erkende instelling/school.

In zeer uitzonderlijke gevallen kunnen de Schoolbegeleidingscentra (CLB) studenten vrijstellen van het examen dat door de Centrale Examencommissie wordt georganiseerd. Dit is alleen mogelijk wanneer duidelijk is dat de lerende niet in staat is zijn schoolloopbaan met succes te beëindigen.

Onderstaande tabel geeft een overzicht van het aantal leerlingen in het huisonderwijs in het schooljaar 2016 - 2017.

[[{"fid":"1692","view_mode":"wysiwyg","fields":{"format":"wysiwyg","alignment":"","field_file_image_alt_text[en][0][value]":false,"field_file_image_title_text[en][0][value]":false,"field_caption[en][0][value]":""},"type":"media","field_deltas":{"1":{"format":"wysiwyg","alignment":"","field_file_image_alt_text[en][0][value]":false,"field_file_image_title_text[en][0][value]":false,"field_caption[en][0][value]":""}},"attributes":{"class":"media-element file-wysiwyg","data-delta":"1"}}]]